Kinderen met meer empathie hebben kans op meer ontstekingen thuis

Kinderen die meer empathie rapporteren, vertonen volgens een nieuwe studie van onderzoekers van het Penn State College of Health and Human Development meer tekenen van slechtere gezondheid bij meer interparentaal conflict dan minder empathische kinderen. De studie, geleid door Hannah Schreier, werd onlangs gepubliceerd in het tijdschrift Brain, Behavior, and Immunity.

Belangrijk is dat de onderzoekers opmerkten dat empathische kinderen niet meer conflicten in huis rapporteerden. De kinderen gaven verslag van regelmatige, dagelijkse conflicten die niet uitmondden in geweld of huiselijk geweld. Schreier benadrukte dat het vooral belangrijk is om deze resultaten te hebben voor jongere kinderen, die grotendeels waren weggelaten uit eerder onderzoek naar de mogelijke fysiologische gevolgen van empathie en conflict.

Schreier zei dat deze resultaten vragen oproepen over de thuis- en schoolomgevingen van kinderen. Hoewel empathie belangrijk is, vooral in deze levensfase, is het niet logisch om alle kinderen meer empathie aan te leren. Sommige kinderen hebben mogelijk hulp nodig om te begrijpen wanneer het oké is om grenzen te stellen en hoe ze een balans kunnen vinden tussen het bewust zijn van andermans gevoelens, maar niet alles op zich nemen.

De resultaten kunnen toekomstige onderwijsprogramma's beïnvloeden, omdat ze het belang benadrukken van het aanpakken van individuele behoeften, aldus Schreier. 'De algemene boodschap in onze samenleving is dat empathie goed is en dat het voordelig is om omringd te zijn door mensen die empathischer zijn', zei Schreier. 'Maar empathie kan zowel positieve als negatieve gevolgen hebben. We praten niet veel over wat het betekent voor de persoon die empathischer is en hoe het is om de emoties van anderen op te nemen.'

Het onderzoek, waarbij gegevens van enquêtes en bloedmonsters van 106 kinderen van 7 tot 9 jaar oud en hun ouders werden gebruikt, maakte deel uit van Family Foundations, een initiatief dat de effectiviteit van een prenatale co-ouderinterventie voor eerstgeboren ouders evalueert. Eerder onderzoek toonde aan dat ouders die Family Foundations-lessen volgden, positievere gezinsrelaties hadden en minder conflicten ervoeren binnen het gezin.

De enquêtes beoordeelden zowel de perceptie van de kinderen over interparentaal conflict als hun zelfgerapporteerde empathie. De onderzoekers analyseerden ook CRP- en IL-6-niveaus in bloedmonsters van de kinderen, wat duidt op hogere niveaus van chronische ontsteking. Uit deze zelfgerapporteerde en biologische metingen bleek dat empathische kinderen hogere niveaus van CRP hadden, wat wijst op grotere niveaus van chronische ontsteking, en slechtere door ouders gerapporteerde algehele gezondheid bij het waarnemen van meer interparentaal conflict.