Shell legt bouw biobrandstoffabriek Pernis stil: 'Markt niet aantrekkelijk'
Shell-complex in Pernis bij Rotterdam.
Shell stelt de opening van een grote biobrandstoffabriek in Nederland jaren uit. De fabriek bij Pernis zou aanvankelijk dit jaar openen, maar het bedrijf meldt dat dit pas rond 2030 gebeurt. Hierdoor ligt de bouw voorlopig stil. Pas als de markt voor biobrandstoffen aantrekkelijk wordt, bouwt Shell verder.
De biobrandstoffenfabriek zou jaarlijks 820.000 ton aan duurzame vliegtuigbrandstoffen en hernieuwbare diesel gaan maken. Volgens Shell is het nu te vroeg voor dit soort hoeveelheden.
"We verwachten nu dat de biobrandstoffenfabriek tegen het einde van het decennium zal opstarten", aldus een woordvoerder. "Dit moment zal samenvallen met verwachte marktgroei en sterkere marges, in lijn met regelgeving vanuit de EU, de VS en andere landen." Shell begon in 2021 aan het project.
Zorgen groot
Shell is niet de enige biobrandstofmaker die de ambities met biobrandstof terugschroeft. BP maakte afgelopen maand duidelijk ook de bouw van biobrandstoffabrieken in Europa voorlopig te staken.
Volgens secretaris Jan Verschoor van de Nederlandse Vereniging Duurzame Brandstoffen (NVDB) ontbreekt het in Europa aan afzetkanalen voor biobrandstoffen. "De percentages bijmengverplichtingen zijn erg laag. De verplichtingen zijn niet ambitieus." Hierdoor missen bedrijven de financiële prikkel om over te stappen op biobrandstoffen.
Zo moet in de luchtvaart vanaf volgend jaar 2 procent van de kerosine bestaan uit biobrandstof. Deze zogenaamde sustainable aviation fuels (SAF) worden onder meer gemaakt door Neste op de Maasvlakte en Shell zou ze ook gaan maken. De grondstoffen zijn frituurvet, dierlijk afval en landbouwafval.
Verplichting zwakker
Dat verplichte percentage aan SAF zou 14 procent worden in 2030. De regering schroefde dat percentage vorig jaar echter terug naar 6 procent omdat de Europese Unie niet verder wil gaan. Voor de binnenvaart is er jaren gesproken over een bijmengverplichting, maar die is van de baan.
Naast het achterblijven van de vraag, hebben producenten in Europa last van toegenomen Chinese concurrentie. Dat land produceert op grote schaal biobrandstoffen.
De NVDB stuurde in april de informateurs een brandbrief waarin het de nieuwe regering oproept meer werk te maken van de markt voor biobrandstoffen.
De brancheorganisatie vraagt de overheid onder meer om een gegarandeerde markt te creëren, om regelgeving, zodat de biobrandstof ook echt duurzaam is geproduceerd. Daarnaast wil de NVDB dat biobrandstoffen betaalbaar worden voor burgers en bedrijven.
Rotterdam is voor producenten een interessante locatie voor de productie van biobrandstoffen, omdat veel van de grondstoffen per schip worden aangeleverd.